Wat is 'Neoliberalisme?

Een korte definitie voor activisten

door Elizabeth Martinez en Arnoldo Garcia

'Neoliberalisme' is een verzameling economische beleidsrichtingen die de laatste 25 jaar wijdverbreid is geraakt. Hoewel het woord in de Verenigde Staten amper wordt gebruikt kun hier je als gevolg van het neoliberalisme het duidelijkst waarnemen; de rijken worden rijker en de armen armer.

'Liberalisme' kan zowel aan politieke, economische of zelfs religieuze ideeën refereren. In de Verenigde Staten is politiek liberalisme een strategie om sociale conflicten te voorkomen. Aan arme en werkende mensen wordt het gepresenteerd als progressief vergeleken met conservatisme of 'rechts'. Met economisch liberalisme ligt het anders; conservatieve politici die 'liberalen', in dit geval de politieke variant, zeggen te haten hebben geen problemen met economisch liberalisme, inclusief neoliberalisme.

'Neo' betekent dat we het over een nieuw soort liberalisme hebben. Wat was dan het oude? De liberale school in de economie werd in Europa bekend toen Adam Smith, een Engelse econoom, in 1776 het boek 'The Wealt of Nations' publiceerde. Hij verdedigde, samen met anderen, de afschaffing van overheidsbemoeienis met economische aangelegenheden. Smith was tegen beperkingen op productie, handelsbelemmeringen en tarieven. Vrije handel was het beste voor de economische ontwikkeling van landen. Deze ideeën waren liberaal in de zin van geen bemoeienis. Dit gebruik van individualisme bemoedigde 'vrije' ondernemingsgeest, 'vrije' concurrentie - hetgeen ging betekenen: vrijheid voor kapitalisten om hoge winsten te behalen als ze dat wilden.

Economisch liberalisme kreeg de overhand in de Verenigde Staten in de 18e eeuw en het begin van de 19e eeuw. De grote depressie van de jaren 30 zorgde ervoor dat de econoom John Maynard Keynes met een theorie kwam die het liberalisme als beste beleid voor kapialisten  beconcurreerde. In het kort zei hij dat volledige werkgelegenheid in het kapitalisme noodzakelijk is voor economische groei en dat dit alleen kan worden bereikt als de overheden en centrale banken ingrepen om de werkloosheid te laten dalen. Deze ideeën hadden veel invloed op president Roosevelt's New Deal politiek die er inderdaad voor zorgde dat het leven van veel mensen verbeterde. Het geloof dat de overheid het algemene welzijn moest bevorderen raakte algemeen geaccepteerd.

Maar door de crisis in het kapitalisme de laatste 25 jaar, met dalende winstmarges, werd de elite van het bedrijfsleven geïnspireerd tot een opleving van het economisch liberalisme. Vandaar ook het voorvoegsel 'neo'. Nu, met de snelle globalisering van de kapitalistische economie kunnen we het neoliberalisme op wereldschaal aanschouwen.

Een gedenkwaardige definitie van dit proces kwam van Subcomandante Marcos op de door de Zapatista's gesponsorde Encuentro Intercontinental por la Humanidad y contra el Neo-liberalismo (Intercontinentale bijeenkomst voor de mensheid en tegen Neoliberalisme) in augustus 1996 in Chiapas in Mexico, toen hij het volgende zei: "Wat Rechts wil is de wereld veranderen in de één grote winkelgalerij waar ze hier een indiaan en daar een vrouw kunnen kopen." Hij had er nog kinderen, immigranten, arbeiders of zelfs een heel land zoals Mexico aan toe kunnen voegen.

De belangrijkste kenmerken van het neoliberalisme zijn:

  • De rol van de markt. De 'vrije' ondernemingsgeest of private onderneming bevrijden van alle beperkingen opgelegd door de overheid, hoeveel sociale ellende dit ook veroorzaakt. Grotere openheid van de internationale handel en investeringen, zoals in NAFTA. Verlagen van de lonen door het verkleinen van de macht van de vakbonden en het afschaffen van rechten die arbeiders door middel van jarenlange strijd hebben verkregen. Geen vastgestelde prijzen. Al met al onbeperkte bewegingsvrijheid van kapitaal, goederen en diensten. Om ons er van te overtuigen dat dit goed voor ons is zegen ze het volgende: "Een ongereguleerde markt is de beste manier om de economische groei, die uiteindelijk goed is voor ons allemaal, te vergroten." Het is net als met Reagans economie van aan de top beginnende en vervolgens naar beneden doorsijpelende welvaart ("supply-side" and "trickle-down"). Maar op de een of andere manier sijpelt er nooit zoveel welvaart door naar beneden.
  • Snijden in de overheidsuitgaven aan sociale voorzieningen zoals onderwijs en gezondheidszorg. Afbreken van het vangnet voor de armen. En zelfs bezuinigen op het onderhoud aan wegen, bruggen en watervoorzieningen, opnieuw uit naam van het terugdringen van de rol van de overheid. Natuurlijk verminderen ze niet de overheidssubsidies en belastingvoordelen voor het bedrijfsleven.
  • Deregulering. Terugdringen van overheidsbemoeienis met alles dat de winsten aantast. Dit geldt ook als het gaat om het beschermen van het milieu of het veiligstellen van arbeidsplaatsen.
  • Privatisering. Verkoop van overheidsinstellingen, goederen en diensten aan de private sector. Dit gaat ook op voor banken, strategische industriële bedrijven, spoorwegen, tolwegen, elektriciteitsbedrijven, scholen, ziekenhuizen en zelfs drinkwater.
  • Laten verdwijnen de begrippen 'algemeen nut' of 'gemeenschappelijk' en die plaats in laten nemen door 'eigen verantwoordelijkheid'. Onder druk zetten van het armste deel van de samenleving om zelf een oplossing te vinden voor hun gebrek aan gezondheidszorg, scholing en sociale zekerheid. Ze vervolgens uitmaken voor lui als ze hier niet in slagen.

Overal op in de wereld is het neoliberalisme opgelegd door machtige financiële instituten zoals het Internationaal Monetair Fonds, de Wereldbank en de Inter-American Development Bank. Het raast over heel Latijns Amerika. Het eerste duidelijke voorbeeld van de werking van neoliberalisme ontstond in Chili (met dank aan Milton Friedman, de econoom aan de Universiteit van Chicago), na de door de CIA gesteunde coupe tegen de populaire, gekozen regering van Allende in 1973. Andere landen volgden, met de ergste effecten in Mexico waar de lonen met 40 tot 50 procent omlaag gingen in het eerste jaar na de ondertekening van het NAFTA-akkoord, terwijl de kosten van levensonderhoud met 80 procent stegen. Ongeveer 20.000 kleine en middelgrote bedrijven zijn failliet gegaan en meer dan 1000 staatsbedrijven zijn geprivatiseerd. Zoals een scholier zij: "Neoliberalisme betekent de neokolonisatie van Latijns Amerika."

In de Verenigde Staten heeft neoliberalisme de welzijnszorg vernietigd; een aanval op de arbeidsvoorwaarden (vooral van werkende immigranten) en snijden in sociale programma's. Het Republikeinse 'Contract on America' is volkomen neoliberaal. Z'n volgelingen doen hun best om kinderen, jongeren, vrouwen en de planeet zelf bescherming te ontnemen en ze proberen ons dit te laten accepteren door te zeggen dat dit 'de last' overheid van onze schouders af haalt'. Een minderheid uit van de wereldbevolking gaat er door het neoliberalisme op vooruit. Voor de grote meerderheid betekent het meer ellende dan voorheen; lijden zonder de weinige, zwaarbevochten verbeteringen van de laatste 60 jaar, uitzichtloos lijden.

Elizabeth Martinez is al jaren eenmensenrechten activist en is de schrijver van verscheidene boeken, waaronder '500 Years of Chicano History in Photographs.'

Arnoldo Garcia is lid van het in Oakland gevestigde Comité Emiliano Zapata, aangesloten bij de Nationale Commissie voor Democratie in Mexico.
Beide schrijvers woonden de 'Intercontinentale bijeenkomst voor de mensheid en tegen Neoliberalisme' bij die van 27 juli tot 3 augustus in La Realidad in Chiapas werd gehouden.

terug naar de vorige pagina